De Slowaak behoeft op zich niet veel vacht verzorging. Het volstaat om de vacht af en toe door te kammen met een grove kam. Wel is het belangrijk om het garnituur (snor en baard) goed te verzorgen. Regelmatig doorkammen en schoonhouden is het behoud van de vacht. Ook de plukjes vacht waar de speekselklieren zitten, vragen extra aandacht. De oren regelmatig nakijken en het haar dat in de gehooringang groeit, voorzichtig verwijderen met je vingers of een arterie-klem. De nagels mogen net de grond raken. Zijn ze langer dan zakt de hond door de polsen en gaat geforceerd lopen dus indien nodig, knippen. De “duimen” moeten ook geknipt, die slijten niet af.
De Slowaak is een plukhond en heeft een draadharige vacht, net als de Cesky Fousek. Dat wil zeggen dat de haren, met kleine plukjes tegelijk, met de vingers kunnen worden uitgetrokken. De dode haren vallen er niet vanzelf uit. Als de dode haar eruit is, geeft deze ruimte voor de nieuwe haar om te groeien. Dit uittrekken van dode haren wordt ‘trimmen’ genoemd.
Vachtlagen
De vacht van een Slowaakse Staande Hond heeft 3 vachtlagen
-
een zachte, dichte, ongeveer 1,5 cm lange ondervacht, die de huid tegen vocht en kou beschermt; in de zomer verdwijnt deze vrijwel geheel.
-
een bovenvacht, 3-4 cm lang, hard en ruw, is nauw aanliggend.
-
een zekere hoeveelheid borstelig haar, 5-7 cm lang, bijzonder recht en grof, vooral op de borst, de rug, de liezen en de schouders.
Trimmen van de Slowaak
Doorgaans heeft de Slowaak 2x per jaar een trimbeurt nodig, maar dit wil nog wel eens verschillen per hond. Er zijn ook honden die met 1 trimbeurt per jaar toe kunnen. De vacht is plukrijp als u een klein plukje haar, genomen tussen duim en wijsvinger, met een licht rukje gemakkelijk kunt uittrekken. Begin NOOIT zo maar aan de vacht te trekken!!! Vraag desnoods een goede trimmer of hij/zij het voor u wilt doen!
Wanneer u besluit zelf uw Slowaak te plukken, is het van belang dat u de juiste techniek hanteert….
Hoe weet u of de hond plukrijp is?
Als u zonder al te veel moeite de vacht kunt verwijderen. De rug is het eerst plukrijp. Als ook de vacht van de schouderpartij en de borst in plukjes te verwijderen is, is het tijd voor een totale plukbeurt.
Pluk NOOIT een hond die nog (net) niet plukrijp is! De hond kan dan heel ziek worden, koorts en bloeduitstortingen de zogenaamde trimmerskoorts. Wanneer een vacht overrijp is, zal de hond zelf beginnen te bijten of schuren om de vacht te verwijderen. Ook dit dient voorkomen te worden omdat anders de ondervacht beschadigt.
Pak de te verwijderen plukjes aan de haarpunten vast en niet dicht bij de huid, u voorkomt hiermee dat u de ondervacht meetrekt. Wanneer u te grote plukken pakt of wanneer de vacht nog niet rijp is, bestaat de kans dat je de bovenvacht afbreekt. Hierdoor verstoort u de groeicyclus van de vacht en zal de bovenvacht onregelmatig terug groeien.
Trimtechniek
Met 1 hand houdt u de huid strak en met de andere hand trekt u plukje voor plukje het dode haar in de groeirichting van de vacht er uit. U plukt de rug vanaf de achterhoofdsknobbel glad, let op de lendenpartij. Hier kan de ondervacht extra dun zijn. De staart plukt u rondom glad, doe dit voorzichtig. Dit kan erg gevoelig zijn. Ook de staartspiegel plukt u glad ( het gedeelte rondom de anus) de ribbenpartij en buiklijn plukt u glad maar wel in verhouding.
De voor- en achterbenen worden geplukt maar niet TE diep op de huid. Borst en hals worden in verhouding geplukt. De schedel wordt voorzichtig helemaal glad geplukt, als ook de oren. De vang (van buitenhoek oog tot mondhoek) wordt ook glad geplukt. De zijkant van de hals wordt geplukt met een vloeiende overgang naar schouder en nek. De wenkbrauwen en het garnituur worden NIET geplukt. Hooguit de hele lange, uitstekende pieken om een harmonieus geheel te maken. Het gedeelte tussen de ogen/wenkbrauwen wordt ook glad geplukt.
Trimmen met het oog op tentoonstelling
Op de tentoonstelling wordt gekeken naar de aanwezigheid van de 3 vachtlagen. Trim de bovenste laag met langer borstelig haar dus niet helemaal weg maar laat op de voorborst, schouders, liezen en rug wat haar staan.
Als de hond met het oog op een tentoonstelling moet worden getrimd, dan kan dit het beste 6 tot 8 weken van tevoren gebeuren. Deze tijd is nodig om de vacht weer mooi te laten dichtgroeien.
Vlak voor de tentoonstelling de hond niet wassen met shampoo. De natuurlijke vetlaag is nodig om de vacht goed te laten vallen en te kunnen beoordelen. Zwemmen is uiteraard geen probleem.
Kop
De Slowaak hoort duidelijk garnituur te hebben bestaande uit wenkbrauwen, snor en baard. De kop hoort een smalle, lange indruk te geven. Dit valt te bereiken door op de volgende wijze te trimmen. De bovenschedel, wangen en oren worden helemaal glad geplukt. Boven de ogen moet wat borstelig haar blijven zitten, zodat er duidelijke wenkbrauwen zichtbaar blijven. De voorsnuit moet de indruk geven lang te zijn met de welving van een lichte ramsneus. Dit valt te bereiken door de neusrug tussen de ogen glad te trimmen. Trek vervolgens een denkbeeldige lijn van de binnenste ooghoek naar de mondhoek. Het haar wat hier achter valt, dus de wangen, wordt weggeplukt. Bij de onderkaak weer van mondhoek naar mondhoek een denkbeeldige lijn trekken en alles wat hier achter valt in de hals tot even boven het borstbeen wegplukken. Op deze manier ontstaat een duidelijke snor-baardpartij die de hond een markante uitdrukking geeft. De hond hoort een duidelijk garnituur te hebben, van snor en baard wordt dus niets afgeknipt.
Lichaam
De hals hoort een slanke lange indruk te geven. Deze wordt dus helemaal kort geplukt. Op de voorborst dient wat haar te blijven staan, genoeg om de voorborst te benadrukken. Het lichaam wordt helemaal kort geplukt. Onder de borst, vanaf de ellebogen, mag wat haar blijven staan om de borstdiepte te benadrukken.
Poten
De voorpoten worden glad geplukt, waarbij aan de achterzijde van de poten een klein randje haar als bevedering blijft staan. Ook de achterpoten worden kort geplukt waarbij men op de knieën wat haar kan laten staan, om de hoekingen te verduidelijken. De binnenkant van de achterpoten wordt ook weer kort geplukt. Als de hond hier veel moeite mee heeft, dan mag dit ook met de effileerschaar bijgewerkt worden. Zo nodig rond de geslachtsdelen en op de buik haar wegknippen. De voeten worden zoveel mogelijk kort geplukt, de randjes rond de voetzooltjes mogen geknipt worden.
Staart
De staart wordt kort geplukt. Gecoupeerde honden behoren een stompe staartpunt te hebben.
Tot slot nog 5 aandachtspunten:
-
Gebruik NOOIT een schaar/scheerapparaat om gedeelten die moeilijk te plukken zijn, in te korten. U verandert hiermee de vachtstructuur waardoor de hond mogelijk niet meer te plukken is en een wollige, kleurloze, zachte vacht terug krijgt. Kortom vacht wordt er te wollig van en de ondervacht verdwijnt hierdoor volledig.
-
Het helemaal niet trimmen van de vacht kan uiteindelijk hetzelfde effect geven als knippen of scheren. De ondervacht is erg belangrijk. Deze houdt de hond warm, onder andere tijdens het zwemmen.
Zie er dus altijd op toe dat de vacht met de hand geplukt wordt! Of pluk de hond zelf. -
Bij een gecastreerde/gesteriliseerde hond kan de vacht zacht en pluizig worden en dus niet te plukken. Houdt hier rekening mee!
-
Het gebruik van een trimmes kan u helpen om wat wollig haar makkelijker te verwijderen. Gebruik dit alleen als u weet hoe dat moet! Voor u het weet, trekt u een stuk huid mee!
-
Als u twijfelt of niet weet hoe u moet plukken, neem dan contact op met een goede trimmer (rijksgediplomeerd) die ervaring heeft met ruwharige vachten. Vraag of hij/zij het je wil leren. Trimmers zijn vakidioten en zullen u graag van dienst zijn.
Meer info?
Wilt u meer informatie over de verzorging van de vacht van de Slowaakse Ruwharige Staande Hond, dan kunt u bij onderstaande trimster van onze vereniging terecht. Zij is professionele hondentrimmers en kan u waar nodig adviseren.
-
Marjo Manten, http://www.derijdendetrimsalon.nl [email protected]
De bovenstaande tekst is van Mireille Martens en Ilonka Balvert. Bedankt voor de uitleg.